Op het Theatersportweekend 2015 gaf ik een workshop over de Innerlijke Criticus: het stemmetje in je hoofd dat je vertelt dat je het niet goed doet. Alle workshopdeelnemers kenden het wel: ‘Dat was geen goeie grap!’ ‘Dit Vlaamse accent klinkt als Brabants, sufkut!’ ‘Je hebt niet goed opgelet en nou ben je de namen vergeten…’ ‘De anderen kunnen veel beter improviseren dan jij!’ Ik schrijf deze zinnetjes nu in de Jij-vorm, maar de meeste spelers zullen ze ervaren in de Ik-vorm. En daar begint de ellende.
Geen zweefteef
Wat ik hier uiteenzet vind je terug in alle boeken over boeddhisme, mindfulness, meditatie, spiritualiteit etc. Nou ben ik zelf – vind ik dan – niet zo’n spiritueel type. Ik ben een nuchtere, analytische, eigenwijze tante. Geen ‘zweefteef’. Toch heb ik het laatste jaar veel aandacht besteed aan zelfonderzoek. De stemmetjes in mijn hoofd leren kennen en voelen waar het eigenlijk over gaat. En als je het mechanisme eenmaal doorziet blijkt het allemaal zo simpel te zijn. Daar hoef je geen wierook voor te branden (mag wel), geen blootsvoetse vreugdedans rond een vuur te doen (mag ook), niet te bidden (als je wil, vooral doen), geen hallucinogenen te gebruiken (best leuk hoor!) enzovoort. Je hoeft zelfs niet te mediteren. Nou vooruit, dat laatste helpt wel enorm, maar ik heb zelf iets te veel energie in m’n lijf om lang stil te zitten.
Beschermen
Ok. Het idee (en dit is mijn waarheid, want ‘de’ waarheid bestaat toch amper, dus haal eruit wat je eruit wilt halen en flikker de rest lekker weg): die stemmetjes in je hoofd zijn er enkel en alleen om je te beschermen. Ik had het nu over de Innerlijke Criticus, maar er zijn er veel meer. Bijvoorbeeld de Pleaser (die voor iedereen koffie haalt), de Perfectionist (die e-mails 10 keer overleest voor je ze verstuurt, om de typfouten eruit te halen), de Pusher (die je tot grootse prestaties maant).
Kwetsbaar
Maar wat/wie beschermen ze dan? Je was ooit een klein kind. Best kwetsbaar. Afhankelijk van de zorg van anderen. En behoorlijk beïnvloedbaar door die anderen. Een leuke anekdote (niet zelf meegemaakt) gaat over een kind dat voor een amandelknip operatie naar het ziekenhuis moet. De ouders mogen niet mee naar de operatiekamer. Zodra het kind in zijn bed wordt weggereden en ziet dat zijn ouders achterblijven, concludeert het ‘Als het erop aan komt, sta ik er alleen voor’. Misverstand, maar zo’n overtuiging (ook wel cognitie genoemd) blijft je hele leven bij je. Zo’n kind wordt een volwassene die als er iets naars gebeurt (bijvoorbeeld een sterfgeval) zich terugtrekt en geen hulp accepteert.
Niet leuk genoeg
Zelf ben ik vroeger ontiegelijk veel gepest. Dat begon toen ik nog erg jong was en ging jaren door. De conclusie ‘Ik ben niet leuk genoeg’ ligt voor de hand. Tja, en als je geen eigenwaarde kan ontlenen aan wie je bént, dan is het een handige overlevingsstrategie om dan in elk geval eigenwaarde te gaan ontlenen aan wat je dóet. Dus ik ging allemaal dingen doen waar ik heel goed in werd (en met dingen die ik niet bleek te kunnen stopte ik gewoon snel weer). Zo werd ik ook goed in impro en nog veel beter in grote impro-projecten op de rails zetten (hallo Perfectionist en Pusher). Ik had een allergie voor impro’ers die riepen ‘Komt wel goed’. Het komt verdomme helemaal niet goed! Ik mocht geen steken laten vallen, want dan zou toch die oude cognitie van ‘Ik ben niet leuk genoeg’ weer om de hoek komen kijken.
Zo werkte ik veel samen met wijlen David Dabekaussen. Ik bewonderde zijn avontuurlijke geest (ik durfde totaal niet avontuurlijk te zijn) en ik ergerde me rot als-ie bij een bedrijfsklus voorstelde om een spelvorm te doen die we amper geoefend hadden. Komt wel goed ammehoela! Au.
Workshop
Inmiddels heb ik door dat als ik oordeel over een ander, dat alleen maar is omdat ik die kant bij mezelf verdrongen heb. Die mag er simpelweg niet zijn. Ik vroeg aan mijn workshopdeelnemers op het Theatersportweekend aan wat voor impro’ers zij een hekel hebben. Antwoorden varieerden van ‘Mensen die sturend zijn’ (oftewel: jij mag zelf meer leren sturen) tot ‘Mensen die aan de kant blijven zitten als de scene ze nodig heeft’ (oftewel: jij mag leren dat je niet altijd verantwoordelijkheid hoeft te nemen).
De stemmetjes in je hoofd (ook wel ‘ego’ of ‘mind’ genoemd) beschermen dat kwetsbare jongetje/meisje in jou dat doodsbang is voor afwijzing, controleverlies en meer van dat. Ze zorgen ervoor dat je je niet belachelijk maakt, dat andere mensen je lief blijven vinden, dat je een goed gevoel over jezelf kan houden. Best handig hoor. Het lastige is alleen dat de mind daar errug goed in is. Een beetje doorgeschoten in zijn taak. En dat we collectief die stemmetjes heel serieus nemen. Terwijl je die stemmetjes hébt, en niet bent.
Doorzien en accepteren
Nou ok, leuk allemaal, maar hoe kom je er van af, vroegen mijn workshopdeelnemers. Simpel antwoord: niet. Je hoeft er ook niet vanaf. Je hoeft alleen maar het mechanisme te doorzien en te accepteren. Ik ga vaak naar dansmeditatie workshops (dat dan weer wel) en soms heb ik een dag waarop ik me schaam. Dan wil ik wel voluit raar dansen, maar ik durf niet. Jezus tut, zeg ik dan tegen mezelf, nou ben je 37 en heb je zo’n persoonlijke ontwikkeling doorgemaakt, en dan schaam je je nog steeds?
Of nee.. ík zeg dat niet! Dat is wederom de stem van de Innerlijke Criticus! Die komt via een zijdeur heel makkelijk weer binnengeslopen. En als de mind jou niet de schuld kan geven van het feit dat je kwetsbare jongetje/meisje zich onveilig voelt, dan geeft ie anderen wel de schuld. Ja, maar het is ook een stomme dansles, en een stomme dansjuf en stomme deelnemers. (Ik heb wel eens een hele les intern lopen oordelen over de rare sokken die een deelnemer aan had. De sokken! Ja, de mind is een grappenmaker).
(Ont)spanning
Dus zolang je blijft oordelen houd je het mechanisme in stand. En net als bij elektra-snoeren die onder spanning staan, geldt bij spanning in je lijf ook dat die graag ontladen wil worden. Maar zolang er oordeel overheen zit, zit die spanning gevangen en kan je niet ont-spannen.
Terug naar de dansmeditatie les. Als ik tegen mezelf zeg ‘Ok, vandaag mag ik me schamen’, dan valt het oordeel weg, en binnen no time (echt kwestie van een halve seconde) kan daarna die schaamte zelf ook ontspannen. Door mezelf toestemming te geven me te schamen, kan ik daarna schaamteloos los. Paradox hè? Nou daar zijn er meer van. Als je accepteert dat je kwetsbaar ben, word je onkwetsbaar. Als je accepteert dat je geen controle hebt, ben je in control. Als je accepteert dat je zwak bent, word je mega sterk. En ga zo maar door. Op het eerste gezicht lijken het leuke wandtegeltjes. Maar fuck-a-duck wat zijn ze waar…
Grote opruiming
Een bij-effect van al je schaduwkanten accepteren is dat je oud zeer gaat verwerken. Niet altijd makkelijk of leuk, maar de grote opruiming levert een enorm gevoel van vrijheid en lichtheid op. Het leven wordt zoveel makkelijker als de stemmetjes in je hoofd stil worden. Als jij niet meer de slaaf van de mind bent, maar de mind gewoon een bondgenoot is die je af en toe handig advies geeft. Hiervoor moet jij zelf de beschermfunctie overnemen, zodat de mind met pensioen kan (ze noemen dit ook wel ego-dood maar dat klinkt zo ongezellig). Dus je moet weten wat het kwetsbare jongetje/meisje in jou eng vindt, en daar rekening mee houden.
Tekenen
Dat betekent niet dat je niets meer kan doen. Mijn Meisje vindt nog steeds veel dingen eng. De cognitie ‘Ik ben niet leuk genoeg’ is nog niet helemaal uitgedoofd. Toch horen er dingen in mijn leven thuis die ze niet durft. Ik compenseer dat dus door ook veel dingen te doen waar ze blij van wordt. Ik heb een heel lijstje gemaakt: dierentuin, bos, spelletjes, lieve vrienden opzoeken en… tekenen (dit is hilarisch want ik kan echt voor geen meter tekenen, en dat is niet alleen de Innerlijke Criticus die dat zegt, maar goed ‘t Meisje wordt er heel blij van).
Een ander bij-effect is dat alle verstoten kanten langzaam hun gezicht weer laten zien. Inmiddels roep ik óók om de haverklap dat alles goed komt. David juicht in zijn graf… Ik ben zowaar deze winter in mijn eentje zonder plan een maand door Azië gereisd. Dat had ik nooit kunnen vermoeden achter mezelf.
En ben ik nu ook beter gaan improviseren? Ja. Maar ik vind het niet zo belangrijk meer. Dus ik doe het niet zo vaak.
Spiritueel
Als je dit een beetje doorhebt en gaat toepassen in je dagelijks leven, dan heet dat ‘spiritueel ontwaken’. En als dat proces klaar is, ben je verlicht. Of eigenlijk ben je al lang verlicht, maar heb je het niet door omdat de mind zo hard tettert en jij hem zo serieus neemt.
Maar wat is hier nou spiritueel aan? Dit is toch ook gewoon simpele psychologie? Klopt. En spirituele ontwikkeling gaat nog een stapje verder. Het leuke effect van zelfonderzoek en grote emotionele opruiming is dat er dingen blijvend veranderen in je lijf en bewustzijn. Dat je dingen gaat ervaren die ‘het verstand te boven gaan’. Synchroniciteit, energie, intuïtief weten. ‘Natural high’ bliss-ervaringen vol dankbaarheid en onvoorwaardelijke liefde. Verlichtingservaringen waarin je jezelf waarneemt als speler in het spel dat leven heet, zonder dat er nog een ‘ik’ is dat beslissingen neemt of een mening heeft. Het wegvallen van angsten en oordelen. Het je continue verbonden voelen met iets dat groter is dan jij. Maar ook het minder eten, slaap en zuurstof nodig hebben en minder vaak ziek zijn. Klink ik al zweverig? Prima. Dat is ook maar een label van de mind.
Ik vond het spannend om deze blog te schrijven en daarmee voor het eerst in de openbaarheid te treden met wat ik dit jaar heb meegemaakt (mijn grote uitzoomen begon 29 augustus 2014). De oude cognitie ‘Ik ben niet leuk genoeg’ speelde op. Wat als jullie me raar zouden vinden? Mijn ervaringen zouden ontkennen? Het Meisje was bang dus de mind liet me volop piekeren. En door dit nu heel eerlijk te benoemen, ben ik geen slaaf meer van de mind.
Here I am. “Als je alles geeft heb je niets te verliezen.”
Spiegel
Tot slot nog even terug naar de workshop op Theatersportweekend. Het was voor veel mensen een eye opener, vandaar deze blog. Ik sloot af met een coachingsdemo met een van de deelnemers en ging in gesprek met haar Innerlijke Criticus en Levensgenieter. En hierin gebeurde toch even iets interessants:
Er kwam een moment dat ze erg geraakt was en tranen vloeiden. De andere deelnemers gaven haar een applaus ter ondersteuning. Of… was dit wel ter ondersteuning? Dit is hoe ik het zag: de kwetsbaarheid van de deelneemster raakte aan een verstoten kant bij de anderen: kwetsbaar mogen zijn. Ze hebben in de spiegel gekeken die de coachee hen voorhield, en ze vonden de aanblik confronterend. En dat ging allemaal onbewust. Om die spanning te ontladen gaven ze haar een applaus. En waarschijnlijk voelden ze zich daarna nog goed ook, omdat ze immers zo supportive waren geweest. Maar ze bereikten het tegenovergestelde: door het applaus werd de deelneemster zich meer bewust van dat ze bekeken werd, en voelde zich nóg kwetsbaarder.
Zo zie je maar, niets is wat het lijkt.
Het leuke is dat ik dat die deelnemers natuurlijk helemaal niet kwalijk neem. Want zij deden dit heus niet expres. De mind laat ons heel veel dingen doen, zeggen en denken die bij nader inzien niet zuiver zijn. Dat kun je iemand niet persoonlijk aanrekenen.
Wakkere Tante
Deze zomer start mijn nieuw coachbedrijf Wakkere Tante. Dus ik krijg graag vragen en opmerkingen als je dingen onduidelijk vindt aan mijn verhaal, want daar wil ik van leren. Ik beloof je dat ik, als ik het per ongeluk persoonlijk neem, dat mijn eigen probleem zal houden en niet het jouwe zal maken.
Ik vind dit heel erg goed geschreven. Juist dat onzekere spel is waar heel veel mensen over twijfelen. Doe ik het goed? Ben ik wel leuk genoeg? Shit maakte ik een fout? Relativeren en accepteren helpt om je grenzen te verleggen en een zelfvewustzijn te creëren waarmee het spel ook beter wordt, maar vooral ook de innerlijke speler zelf.
Nou je bent aardig veranderd. Toen ik ooit les van je kreeg. Vond ik je eigenlijk een vreselijke controle freak die gewoon niks van impro begreep. Maar dat is natuurlijk weer mijn eigen stemmetje. Het probleem met de meeste impro ( eigenlijk alle impro spelers) inclusief mezelf. Is dat we onze improvisatie toe-eigenen . Er een ik voorzetten . Ik heb dit gemaakt . Ik ben grappig geweest, ik was scherp . We zijn in de illusie gaan geloven . En we doen er alles om de constructie van goede improvisatie speler maar in stand te houden . Dan gaat het een keertje niet na een succesvol optreden en dan zijn we helemaal de weg kwijt. Gaan we de andere de schuld geven van de mislukkingen of ons zelf.
Ik vind dat je het heerlijk helder hebt omschreven, al die gedachten die het leven soms zo ingewikkeld kunnen maken. Gewoon omdraaien, mooi! Dank je.
Mooie blog, Anja!
Wauw. Mooi geschreven.
Toen ik een half jaar geleden tegen mezelf aanliep, ben ik ook op onderzoek uitgegaan. En de resultaten van mijn zoektocht… ik herken zoveel dingen die je noemt. Ook op het gebied van impro. Hoe ik zó m’n best deed om alles goed te doen, zodat ik maar zo min mogelijk hoefde te falen en anderen me leuk vonden. Nu heb ik ontdekt hoe averechts en verkrampend dat werkt.
Impro is voor mij nu ook even minder belangrijk. Dat mag van mezelf. Fijn.
Ik denk dat je hier wel een boek over kan schrijven Anja, en wie weet, misschien ga je dat wel eens doen want volgens mij kan jij dat wel. Dan mag je je net iets meer uitweiden over die gevoelsparadoxen. Daar is dat onderwerp wat mij betreft te interessant voor.
Voor mij was het aspect van improviseren wat voor mij sneuvelde toen ik kritisch ging worden: gewoon lol hebben met je jezelf en anderen. Misschien wel het belangrijkste van al.